Milieu-investeringsaftrek (MIA) en Willekeurige afschrijving milieu-investeringen (VAMIL)
De MIA en VAMIL zijn verschillende regelingen, maar worden vaak gecombineerd. Beide regelingen hebben betrekking op investeringen, die genoemd zijn in de Milieulijst. Wanneer je investeert in een bedrijfsmiddel, dat op de Milieulijst staat, kan je aanspraak maken op de MIA en VAMIL.
Voorwaarden
Iedere onderneming die in Nederland inkomsten- of vennootschapsbelasting betaalt, kan in principe gebruikmaken van de MIA/VAMIL. Je komt in aanmerking voor de MIA/VAMIL als je investering voldoet aan de volgende voorwaarden:
- Het bedrijfsmiddel staat op de milieulijst.
- Het bedrijfsmiddel is niet eerder gebruikt.
- De investering moet betrekking hebben op aanschaf- en voortbrengingskosten van het bedrijfsmiddel.
- Voor de MIA moet het bedrag aan milieu-investeringen minimaal € 2.500 per bedrijfsmiddel zijn.
- Je kan voor hetzelfde bedrijfsmiddel geen energie-investeringsaftrek én milieu-investeringsaftrek tegelijk krijgen.
Aanvragen en toepassen
Binnen 3 maanden na de investering (de opdracht aan de leverancier) doe je een melding bij RVO.
Je krijgt een ontvangstbevestiging van RVO die je moet bewaren bij je boekhouding.
Je verwerkt de MIA/VAMIL in je aangifte. Daarna beslist uiteindelijk de Belastingdienst over je aangifte. Die beslissing wordt eventueel ondersteund door een advies van RVO.